De Deense Dog
De Deense dog wordt ook wel de apollo onder de honderassen genoemd. Naast kracht straalt hij ook veel adel en elegantie uit. Hij is een imposante verschijning, die geen nervositeit mag vertonen. Door het rustige gedrag van de Dog is het, ondanks zijn afmetingen, een ideale huishond. Voor kinderen is hij een vertrouwde kameraad. De Deense dog is een hond die veel liefde en aanhankelijkheid geeft en ook zelf nodig heeft. Daarnaast houdt hij de bezittingen van zijn baasje goed in het oog en zorgt dat ze niet verdwijnen.
Tegenover onbekenden kan hij wat afstandelijk en terughoudend zijn, maar heeft de baas te kennen gegeven dat het goed is, komt hij wel even kennis maken. In het verleden is de Deense Dog altijd gebruikt ten nutte van zijn baas, in de Middeleeuwen werd hij als jachthond op herten en zwijnen ingezet. In de oorlog heeft men gebruik gemaakt van de Deense dog om mee te vechten en omstreeks de eeuwwisseling en tot aan de Tweede Wereldoorlog heeft men van zijn kracht gebruik gemaakt als trekhond voor de hondekar. Tegenwoordig zien wij hem als bewaker en als huishond.
De Deense Dog is er in vijf kleurslagen: geel, gestroomd, zwart, blauw en zwart-wit gevlekt. De teven moeten een schofthoogte hebben van min. 72 cm. en de reuen van min. 80 cm. Hij heeft ruimte nodig om zelf een ronde te maken en daarbij stelt hij regelmatig wandelen op prijs. Zijn kortharige vacht is eenvoudig te onderhouden, dit voorkomt haren in huis.
De Deense dog is vrij gemakkelijk onder appel te houden, maar natuurlijk moet men hem jong de nodige regels aanleren. Hij reageert goed op de stem. Kortom een grote huisvriend met een klein hartje, die heel veel liefde te geven heeft.